Opinie – Pro Vita op school?

8 07 2013

In 1990 bekrachtigde de voltallige regering de wetgeving op zwangerschapsafbreking, omdat de koning in een historische democratische uitschuiver even vergeten was waar zijn persoonlijke overtuigingen behoorden te eindigen en zijn officiële functie als constitutioneel monarch begon. Dit ondanks een brede maatschappelijke consensus voor deze wetgeving.

Bijna een kwarteeuw later is die brede maatschappelijke consensus voor de abortuswet er nog steeds. Het verzet tegen de wet is evenmin verdwenen.

Vlaams Volksvertegenwoordiger Ann Brusseel (Open VLD) vernam dat de vzw Pro Vita, een conservatief-katholiek geïnspireerde organisatie met bijwijlen extreemrechtse sympathieën, systematisch scholen infiltreert. Bij voorkeur stads- en gemeentelijke scholen. Daar geven ze een lezing getiteld ‘Het wonder van het leven’. Het waren ouders van scholieren van het lager onderwijs die haar rechtstreeks alarmeerden over bizarre lessen seksuele voorlichting, die in feite een regelrechte vorm van propaganda tegen abortus, voorbehoedsmiddelen, homoseksualiteit en voorhuwelijkse seks waren. Voor een kerkelijk huwelijk wel te verstaan…. Deze ‘lessen’ worden door de vzw Pro Vita vaak (gratis) gegeven op uitnodiging van leerkrachten biologie en wetenschappen, omdat schroom het hen belet om de leerstof, opgenomen in eindtermen te onderrichten. U leest het goed : de lessen blijven niet beperkt tot het vak godsdienst. Een uitzending van het VRT-programma Koppen toonde reeds eerder aan dat het niet gaat om een eenmalig feit.

Ann Brusseel stelde hierover een vraag aan minister van Onderwijs Pascal Smet, die antwoordde niet te kunnen optreden omdat dit tot ‘de autonomie van de scholen’ zou behoren.

Als scholen autonoom kunnen beslissen de eindtermen te vervangen door regelrechte desinformatie, is het dan niet aan de minister van onderwijs daar tegen op te treden? Waarom stellen we die eindtermen dan op?

Propaganda tegen abortus, tegen homoseksualiteit, tegen anticonceptie en tegen euthanasie is geen wetenschap en hoort niet thuis in de biologielessen, net zoals creationisme niet thuishoort in de lessen aardrijkskunde. Een onderwijsminister moet dit niet van zich afschuiven, het is zijn prioriteit!

Misschien zou zelfs de Minister van Justitie eens moeten laten onderzoeken of dit geen oplichting is en onderzoeken of ‘valsheid in informatie aan kinderen jonger dan 12’ geen misdrijf moet zijn. En wat gaat de Minister van Volksgezondheid straks doen aan het stijgend aantal SOA’s ingevolge deze propaganda?

Het gaat in deze tijden niet meer op om aan jonge kinderen te verkondigen dat ‘een man alleen bij een vrouw past omdat de ene brede schouders heeft en de andere niet’, zoals Pro Vita vzw dat in de biologieles propageert… Dat is een aanslag op de integriteit van een kinderverstand, op logica en redelijkheid, en van dergelijke onzin zouden politici onmiddellijk werk moeten maken.

Mario Van Essche, voorzitter Humanistisch-Vrijzinnige Vereniging (HVV)





Prof. Wim Distelmans zet puntjes op de i in het euthanasiedebat

27 06 2013

Prof. Wim Distelmans zet vandaag in De Standaard nog eens de puntjes op de i in het euthanasiedebat. Hij pleit voor het recht op zelfbeschikking en tegen betutteling. Ook HVV steunt de oproep van Distelmans en betreurt het feit dat de CD&V en vele katholieke ziekenhuizen hun eigen moraal opdringen aan andersdenkenden. Dit is echter enkel mogelijk dankzij de omerta die er heerst omtrent dit luik van de toenemende verzuiling in België en die wordt onderhouden door de politieke partijen.

(Bron: DS 27/06/13)

Stop de betutteling in de ziekenhuizen

De tijd dat artsen en ziekenhuizen eenzijdig een medische behandeling bepaalden voor elke patiënt, is voorbij, meent Wim Distelmans. De internetgeneratie eist dat ze na een ernstige diagnose goed geïnformeerd wordt, om zelf mee een keuze te kunnen maken.

De Leuvense hoogleraar Chris Gastmans merkt terecht op dat er een gigantische verschuiving in het denken over euthanasie is ontstaan (DS 26 juni). Jammer genoeg illustreert hij dit door te stellen dat een verdere aanpassing van de euthanasiewet het beleid – zeg maar de macht – van de ziekenhuizen aantast en dat euthanasie gebanaliseerd wordt.

Het is merkwaardig dat de grote meerderheid van de ziekenhuizen het nodig vond een beleid rond euthanasie te ontwikkelen. Voor palliatieve zorg werd dit nauwelijks of nooit gedaan. 25 jaar geleden moesten ziekenhuizen zelfs van geen palliatieve zorg weten. Dit was slechte publiciteit: in ziekenhuizen wordt immers niet gestorven, maar genezen. Het is daarom vermakelijk dat veel ziekenhuizen vandaag beweren dat euthanasie zelden nodig is omdat ze over goede palliatieve zorg beschikken, zoals palliatieve sedatie – al dan niet met medeweten van de patiënt. Hiervoor is blijkbaar geen zware procedure nodig.

Het emancipatorisch effect van de euthanasiewet kan niet genoeg benadrukt worden. Dankzij deze wet weten mensen eindelijk dat ze op het einde van hun leven zélf het recht hebben om initiatief te nemen, dat ze zélf aan een noodrem kunnen trekken. Het blijkt ook dat ze dit verworven recht willen uitbreiden naar heel hun ziekteverloop. Eens een ernstige diagnose is gesteld, wil men in het overleg en de beslissingen betrokken worden. Artsen en ziekenhuizen moeten hiermee rekening houden en afstappen van de gewoonte om eenzijdig de beste zorg te bepalen voor elke patiënt.

Frustraties

Vandaag gaat het zelfs zover dat men de mening van de patiënt niet vraagt of er nauwelijks rekening mee houdt. Dit paternalistisch ‘zorgconcept’ – ‘wij weten wat de beste zorg en behandeling voor u is’, zoals een palliatieve sedatie zonder medeweten van de patiënt en zijn familie – kan tot veel frustraties leiden. Het concept is nog fel verspreid omdat het onder andere beïnvloed wordt door opvoeding, opleiding, levensbeschouwing en religie, gebrek aan communicatievaardigheden, gebrek aan respect voor de wil van de zieke.

Minder mondige of oudere mensen ondergaan dit soms nog lijdzaam of verkiezen het omdat ze nooit anders gewend waren, maar de internetgeneratie pikt dit niet langer. Zij wil goed geïnformeerd worden, waarna ze zelf – eventueel na overleg – een keuze maakt. In dit ‘beslissings- en overlegconcept’ is de rol van de arts en hulpverlener ingeperkt tot informeren over alle beschikbare behandelingen en keuzemogelijkheden en tot het zich beschikbaar opstellen voor overleg. Bovendien zal de arts moeten uitmaken of hij de beslissing van de patiënt volgt en hem daarin verder wil begeleiden. Indien niet verwijst hij de patiënt best naar een andere hulpverlener.

Maar uit de intervisiemomenten van de Leif-artsen blijkt duidelijk, ondanks alle ondersteunende wetgeving, hoe moeilijk het nog altijd is om in België – op welke wijze ook – een waardig levenseinde te kennen. Men hoort ook dat veel behandelende artsen geen euthanasie willen uitvoeren, laat staan dat ze door een aanpassing van de wet ‘nog meer en nog dwingender zonder meer op een euthanasieverzoek zouden ingaan’, zoals Chris Gastmans beweert.

Artsen die geen euthanasie willen toepassen, verdienen alle respect. Dit is trouwens terecht in de euthanasiewet ingebouwd. Doorverwijzing naar een (Leif)arts die wel bereid is om op de euthanasievraag in te gaan zal daarom altijd noodzakelijk zijn. Het feit dat deze doorverwijzingen regionaal soms te veel voorkomen en te laat plaatsvinden maakt dat sommige Leif-artsen zich als een product uit de supermarkt voelen(DS 24 juni). Maar dit heeft niets te maken met het banaliseren van euthanasie in de betekenis die Gastmans eraan geeft. Het is merkwaardig dat de doorverwijzing door bepaalde artsen onlangs zelf in vraag werd gesteld(DS 24 juni). Dat is zelfs uiterst cynisch omdat we van collega-Leif-artsen weten dat een van deze artsen alle euthanasieuitvoeringen zélf systematisch doorverwijst naar de Leif-artsen.

Mensen willen niet zomaar dood, maar willen integendeel zolang mogelijk leven in zo goed mogelijke omstandigheden. Maar soms is het dagelijks leven, het lijden – ondanks alle beschikbare hulp – zodanig gruwelijk of onwaardig geworden dat sommigen in deze omstandigheden niet voort willen leven en noodgedwongen voor een zelfgekozen levenseinde kiezen.

Gelukkig wonen we in de Benelux, de enige plek ter wereld waar ernstig ongeneeslijke patiënten het recht hebben een zelfgekozen levenseinde te vragen en waar geen enkele arts of zorgverlener verplicht wordt hierop in te gaan, zelfs niet na een verdere aanpassing van de huidige euthanasiewet. Laten we alleen zorgen dat de uitvoering van de wet meer gerespecteerd wordt.

Wim Distelmans

 





Seculiere Turken op straat tegen islamisering Turkije

7 06 2013

Turkije staat in vuur en vlam. Een brede coalitie van opposanten protesteren tegen het rigide beleid van premier Erdogan. Die laatste vaart een conservatieve koers en schroeft de verworvenheden van het seculiere Turkije terug. Bij de brede coalitie van opposanten zitten dus veel aanhangers van de legendarische leider Atatürk, de vader van het seculiere en moderne Turkije. Wordt Turkije opnieuw naar de Middeleeuwen gekatapulteerd, of wordt de soep niet zo heet gegeten als zo momenteel wordt opgediend? In volgend artikel uit De Morgen vindt u een boeiende analyse van het conflict.

Bron: De Morgen 03/06/13, auteur Ayfer Erkul

Op straat tegen islamisering en autoritair regime

Wat begon als een vreedzame manifestatie tegen de sloop van een park in Istanbul groeide uit tot een landelijk protest tegen het beleid van premier Recep Tayyip Erdogan. Vier redenen waarom Turkije een potentieel kruitvat is.

1. Ottamaans vs. modern Turkije

Het Gezi-park aan het Taksimplein valt op zich in het niet bij andere grote parken in Istanbul, maar is wel de laatste groene zone in het centrum van de stad. Het protest draait niet alleen om de bomen die zullen verdwijnen, maar om de megalomane bouwwoede van premier Erdogan. Het Taksimplein, met in het midden een standbeeld van de oprichters van de Turkse republiek, staat voor vele Turken symbool voor het onafhankelijke, op het Westen gerichte Turkije.

Dat Erdogan net op die plek een Ottomaanse kazerne wil doen herrijzen, zet kwaad bloed. Atatürk, stichter van het moderne Turkije, maakte in 1923 net een einde
aan de Ottomaanse heerschappij. Het bouwwerk moet een kopie worden van een gebouw dat net voor de Tweede Wereldoorlog met de grond gelijk werd gemaakt. In die replica moet er bovengronds een groot winkelcentrum komen en ondergronds een parkeerruimte.

Gisteren liet premier Erdogan weten dat van hem ook het Cultureel Centrum Atatürk aan het plein weg mag. De plannen voor een winkelcentrum waren echter niet meer zo zeker. Wel zei Erdogan dat er wat hem betreft op het Taksimplein een moskee zal komen, aldus de website van de krant Hürriyet. “Daarvoor hoef ik geen toestemming van de CHP (de oppositiepartij, AE) of van een handvol plunderaars”, zei hij gisteren provocerend. Die laatste term was een verwijzing naar de huidige manifestanten.

2. Sluipende islamisering

Premier Erdogan blijft ontzettend populair bij zeker de helft van de Turkse bevolking en heeft de afgelopen jaren dan ook zijn best gedaan om vooral die aanhangers te plezieren. De andere, veelal seculiere, stedelijke helft heeft hij tegen zich in het harnas gejaagd door de sluipende, maar intussen erg duidelijke islamiseringspolitiek van zijn partij. Zo keurde het parlement, waar de regeringspartij AKP een comfortabele meerderheid heeft, striktere alcoholwetten goed. Dat die bedoeld waren om het aantal dronken chauffeurs in het verkeer terug te dringen, had nog aannemelijk geklonken als in het verleden niet andere anti-alcoholmaatregelen getroffen waren. Zo moesten de terrasjes in de smalle straatjes van Beyoglu, vlak aan Taksim, waar menige Turk na het werk nog snel een glas raki of een Efes-pintje door de keel goot, in 2011 verdwijnen.
Alcohol is niet het enige: veel Turken zijn het beu dat Erdogan zich steeds meer mengt in het privéleven van mensen en een conservatieve islamitische moraal wil opleggen. Zoals het als een ziekte beschouwen van homoseksualiteit. Of Erdogans oproep om drie of meer kinderen te maken aan – uiteraard – gehuwde koppels. Of die keer dat hij zei dat hij graag een nieuwe ‘gelovige’ generatie wil of toen hij meldde dat abortus wat hem betreft gelijk staat aan moord. De premier en zijn regering maken er al lang geen geheim meer van dat het geloof zich niet meer moet beperken tot het privéleven maar een invloed mag hebben op alle aspecten van de maatschappij.

3. De Syrië-politiek van de Turkse regering

Turkije werpt zich sinds het begin van de Syrische opstand op als het land dat een einde zal maken aan het geweld van Bashar al-Assad. De regering zette de grens open voor Syriërs die het geweld ontvluchten en bood steun aan het verzet. Maar veel Turken maken zich zorgen. De Turkse houding heeft kwaad bloed gezet bij landen als Iran en Rusland. Daarnaast is er grote ontevredenheid bij inwoners van steden aan de Syrische grens. Zij vrezen voor een spill-over van de oorlog in Syrië en kregen de afgelopen twee jaar een toestroom van Syriërs te verwerken.

Die waren niet allen even vreedzaam, zo bleek vorige maand nog in de stad Reyhanli. Daar kwamen 45 mensen om het leven na een dubbele bomaanslag. Wrong de Turkse regering zich aanvankelijk in allerlei bochten om Assad de schuld te geven, dan wijst het onderzoek nu eerder in de richting van Jabhat al-Nusra, een terroristische organisatie die zich heeft gelieerd met Al Qaida in Irak. met Al Qaida in Irak.

4. Mensenrechten/minderheden

Met een ander bewijs van zijn bouwwoede joeg Erdogan zopas nog de minderheid van alevitische moslims, die een onorthodoxe tak vormen binnen de sjiitische islam, tegen zich in het harnas. De commotie betrof de geplande bouw van een derde brug over de Bosporus, die een poging is om het fileleed in Istanbul te verlichten. Tijdens een pompeuze ceremonie werd vorige week de spreekwoordelijke eerste steen gelegd en werd in één klap bekendgemaakt dat de brug Yavuz Sultan Selim zou heten, naar de gelijknamige sultan uit de zestiende eeuw.

Die heerser staat niet alleen bekend als een bijzonder gelovige, soennitische moslim maar ook als de man die zo’n veertigduizend alevieten vermoordde. De ongeveer 20 miljoen alevieten in Turkije beschouwden de stap van de Turkse regering als ronduit beledigend en kwetsend. De alevitische stroming is, in tegenstelling tot de soennitische islam in Turkije, niet officieel erkend.

Ook de Koerdische minderheid heeft niet echt reden tot juichen. Er is momenteel wel een vredesproces gaande met de PKK, die zich na veertig jaar strijd terugtrekt uit Turkije. Koerden hebben bovendien, dankzij de eisen van de Europese Unie, meer rechten. Maar het vredesproces verloopt bijzonder weinig transparant, en tegelijk zit een pak Koerdische politici, journalisten en advocaten in de cel voor onduidelijke beschuldigingen.





Myanmar stelt geboortebeperking voor om aantal moslims te controleren

6 05 2013

(Bronnen: Annelies Van Erp (Knack Online) – The Telegraph 30/04/13)
Myanmar moet de bevolkingsgroei onder moslims indammen door middel van gezinsplanning. Deze aanbeveling, gedaan door een commissie aangesteld door de regering, moet een einde maken aan het sektarische geweld tussen boeddhisten en moslims.

Myanmar moet de bevolkingsgroei onder moslims indammen door middel van gezinsplanning in de gebieden waar het sektarisch geweld tussen boeddhisten en moslims hoog oploopt. Dat meldt een commissie aangesteld door de regering.

“De boeddhisten voelen zich bedreigd door de snelle groei van de Bengalibevolking”, staat te lezen in het rapport. De islamitische Rohingya’s, die oorspronkelijk uit Bangladesh komen, wonen al generaties lang in Myanmar. Toch beschouwt het rapport de moslims als illegale immigranten.

“Het introduceren van gezinsplanning bij de moslims moet een deel van de spanningen wegnemen, al moet dat wel louter op vrijwillige basis gebeuren”, aldus de commissie. Daarnaast moet het aantal veiligheidstroepen volgens de commissie verdubbelen.

Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) is ontevreden over de voorstellen uit het rapport. Volgens Phil Robertson van HRW gaat het rapport “niet in op het aansprakelijk stellen van de daders die misdaden tegen de menselijkheid begingen.”

Het geweld tussen de boeddhisten en de Rakhine-moslimminderheid kostte vorig jaar aan bijna tweehonderd mensen het leven. Tienduizenden mensen, vooral moslims, zagen hun huizen in vlammen opgaan en sloegen op de vlucht. In het rapport worden geen oplossingen aangedragen om de ontheemde moslims huiswaarts te laten keren.





Lezersbrief HVV in Knack – Over de solidariteit van de christelijke zuil

3 05 2013

In Knack van 10 april beweert Wouter Beke dat het christen-democratisch gedachtegoed ervoor gezorgd heeft dat de Belgen hun eigen school, hun ziekenhuis, hun rustoord kunnen kiezen. Sta mij toe dat toch even te nuanceren. Als het aan de christen-democraten had gelegen, dan was elke school in ons land vandaag katholiek. Het waren – op dat moment – vrijzinnige partijen zoals de socialistische en de liberale partij, die als leeuwen gevochten hebben voor het officieel onderwijs. Als het aan de christen-democraten had gelegen, dan was elk ziekenhuis in ons land katholiek. Dan was de toepassing van het recht op abortus en euthanasie in de praktijk overal in ons land onmogelijk. Laat staan dat de christen-democratie de stemming van de abortus- en de euthanasiewet zou overwogen hebben. Het waren – merendeels – vrijzinnige politici van de andere democratische partijen die gevochten hebben voor die keuzevrijheid. De verbondenheid van de christen-democratie bestaat tot op vandaag vooral in een verbondenheid met de eigen zuil (daarvan getuigt het ARCO-dossier) en met filosofisch gelijkgezinden. Het andere luik van de solidariteit moet nog ‘uitgediept’ worden. Ik wens Innesto daarom alle succes toe!

Björn Siffer, woordvoerder Humanistisch-Vrijzinnige Vereniging (HVV)